3.2.6 Weerstandsratio
In onderstaand overzicht wordt het benodigde weerstandscapaciteit afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. Dit resulteert in een weerstandsratio, waarbij de streefwaarde van de ratio 1,2 is.
Bij die streefwaarde zijn er voldoende financiële mogelijkheden om tegenvallers op te vangen.
Berekening weerstandsratio | Streefratio = 1,2 | |||
---|---|---|---|---|
JVW 2023 | BEGR 2025 | JVW 2024 | ||
Grondexploitatie (benodigd) | 4,300 | 4,300 | 4,200 | |
Overige exploitatie (benodigd) | 4,300 | 5,100 | 5,500 | |
Totaal benodigde weerstandscapaciteit | 8,600 | 9,400 | 9,700 | |
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit | 45,865 | 46,191 | 46,026 | |
Weerstandsratio | 5,33 | 4,91 | 4,74 | |
Bedragen x 1 miljoen euro |
Ten opzichte van de begroting 2025, het meest recente moment waarop wij integraal over het gemeentelijke risicoprofiel gerapporteerd hebben, is de totaal benodigde weerstandscapaciteit licht gestegen. De beschikbare weerstandscapaciteit is in het afgelopen jaar beperkt gedaald en bedraagt 46,026 (46,0) miljoen euro eind 2024. De weerstandsratio (beschikbaar / benodigd) komt bij de jaarverantwoording 2024 uit op 4,74.